Het National Museum of Natural History vindt zijn oorsprong in de koninklijke tuin met geneeskrachtige planten die werd aangelegd door koning Lodewijk XIII in 1635. De tuin had aanvankelijk enkel een medische functie maar werd in 1718 de tuin van de koning die zich met de tuin richtte op de geschiedenis van de natuur, het informeren van het volk, het verzamelen van collecties en het verrichten van wetenschappelijk onderzoek. Tijdens de Franse revolutie breidde het museum zijn collectie uit welke bleef groeien tot in de 19e eeuw.

Vandaag de dag heeft het National Museum of Natural History als doel onderzoek te verrichten en kennis te delen. In Parijs zijn er drie afdelingen die zich toeleggen op het delen van publieke kennis: De Jardin des Plantes, Parc Zoologique de Paris, en Musée de l'Homme (het museum van de mens).